
Goed bezig? Professionalisering op basis van kwaliteitslabelrapporten

Bijzonder hoogleraar Grondslagen van het Maatschappelijk Werk aan de Universiteit voor Humanistiek | Hoofddocent Bestuurs- en Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht
In een verontrustend rapport van Andersson Elffers Felix laten onderzoekers zien dat er sprake is van een grote uitstroom van medewerkers in de zorg en welzijnssector. Werkgevers hebben er belang bij om personeel te behouden, maar weten niet altijd hoe. Dat heeft meerdere redenen, maar één oorzaak lichten we hier uit: werknemers in het sociaal domein hebben twee gedaanten. Ze zijn zowel frontlijnambtenaar als professional, en daar horen twee verschillende aanpakken bij.
‘De oplossing voor het snel groeiende zorgstelsel in de jaren negentig werd gezocht in het verlagen van de prijs van zorg, niet het terugbrengen van de hoeveelheid zorg. Margo Trappenburg laat in haar bespreking van Emma Dowlings The Care Crisis zien tot welke horrorscenario’s de keuze voor goedkopere zorg heeft geleid.’
Maatschappelijk werk (sociaal werk) begon ooit als vrijwilligerswerk en ontwikkelde zich vervolgens tot een betaalde professie. Tegenwoordig zien we een ontwikkeling in omgekeerde richting. Steeds meer landen laten grote delen van wat vroeger betaalde hulp was over aan vrijwilligers. In dit artikel bekijken we de impact van die ontwikkeling in één grote welzijnsorganisatie in Nederland. Het artikel is gebaseerd op interviews met betaalde hulpverleners, managers en vrijwilligers bij de betreffende organisatie. Het onderzoek liet zien dat het verplaatsen van hulp naar vrijwilligers niet ten koste gaat van de kwaliteit van de dienstverlening: vrijwilligers doen het goed en betaalde hulpverleners helpen hen om het goed te doen door te coachen en cursussen te geven. Het verplaatsen van sociaal werk naar vrijwilligers heeft twee grote gevolgen voor de professie. Ten eerste: betaalde hulpverleners moeten werken in een context waarin steeds meer concurrenten hun taken gratis willen overnemen. Ten tweede: betaalde hulpverleners raken de kern van hun werk (het contact met cliënten) kwijt en houden een managementachtige functie over met veel coördinatie, budgetbewaking, en coaching. Sociaal werkers zouden het verplaatsen van hun werk naar vrijwilligers daarom kritischer moeten bekijken dan velen van hen nu doen.
Kunnen burgerinitiatieven tegen een stootje? In vier gemeenten – Apeldoorn, Nijmegen, Houten en Utrecht – keken onderzoekers van de Universiteit voor Humanistiek of ze in de coronacrisis overeind blijven. Juist burgerinitiatieven die een sterke relatie met de overheid hebben, kunnen hun activiteiten maar moeizaam voortzetten. Artikel met Neeltje Spit, Kors Visscher, Menno Hurenkamp en Margo Trappenburg op Sociale Vraagstukken.