Bij de presentatie van: Frederik van Dalfsen, Marijke Synhaeve en Elsemieke Hoet, Pionieren in participatieland, Berenschot/NGB, Utrecht 2017. 29 maart 2017
Waartoe zijn wij op aarde? Mijn oudere katholiek opgevoede collega’s weten nog waar die vraag eigenlijk vandaan komt. Ze komt uit de schoolcatechismus die tot halverwege de jaren zestig werd gebruikt op katholieke basisscholen. Het antwoord luidde: Wij zijn op aarde om God te dienen en daardoor hier en in het hiernamaals gelukkig te zijn.
Tegenwoordig kennen wij de vraag vooral van heidagen, waarin bestuurders van organisaties zich gaan beraden op hun mission statement. Dat ze niet alleen willen weten of ze ‘de dingen die ze doen goed doen’, maar ook de vraag op tafel leggen ‘of ze wel de goede dingen doen’. Dat kan heel gevaarlijk zijn. Het kan leiden tot woningcorporaties die winst willen maken met derivaten, of een schip aanschaffen om dit uit te baten als hotel, restaurant en conferentiezaal. Thuiszorgorganisaties die miljoenen investeren in tv kanalen en beeldtelefoons. MBO-bestuurders die zich moeten beraden op nieuwbouw voor hun studenten en dan besluiten niet te kiezen voor ‘een standaardoplossing’, maar voor ‘huisvesting als middel voor identiteit en stimulering van onderwijsvernieuwing’ tegen drie maal zo hoge kosten.
Uit het mooie boek van Van Dalfsen, Synhaeve en Hoet dat hier vandaag gepresenteerd wordt, leren we dat gemeentebestuurders tegenwoordig ook worstelen met de vraag waartoe zij op aarde zijn. De ultramoderne opvatting luidt dat gemeentebestuurders vooral ruimte moeten bieden aan burgers en burgerinitiatieven en dat zowel bestuurders als ambtenaren moeten leren ‘op hun handen te zitten en niet in de weg te lopen’. Burgers, zo luidt de ultramoderne visie, doen het namelijk allemaal liever zelf. Lees verder